Tweedimensionaal vormen en grafiek

André VerzijlberghDocent: André Verzijlbergh
Tijd: Woensdagmiddag van 13:30 tot 15:30 uur
Doelgroep: Beginners en gevorderden

Klik hier voor foto’s van het werk van deze groep

Klik hier voor een uitleg van materialen onderaan deze pagina

Seizoen 2025/2026

We beginnen dit jaar weer aan de basis van dit schone vak. In de maanden september t/m december besteden we aandacht aan het tekenen met verschillende materialen: potlood, kleurpotlood, houtskool, Siberisch krijt, conté, pastel en verschillende inktsoorten. Sommige materialen liggen voor de hand en sommige zijn nieuw. Een hernieuwde kennismaking met de gangbare materialen kan wel eens verassingen opleveren door gebruik te maken van een verschillende werkwijze , de mogelijkheden zijn zeer uitgebreid. Er geldt echter een gulden regel in dit vakgebied : “Bijna alles is mogelijk, mits je het materiaal maar geen geweld aan doet” citaat van een van mijn docenten.

Het tweede deel van het seizoen gaan we met grafiek aan de gang. Vorig jaar hebben we lino’s, monotype met gelplaten, zwarte kunstprenten,litho’s , collografie en gravures in perspex gemaakt, de een voelt zich bij sommige technieken beter thuis dan de ander, het aanbod is breed.
Dit seizoen nemen we als bron verschillende stromingen in de muziek en songteksten. Door de eeuwen heen heeft muziek een belangrijke rol gespeeld bij religie, aan de verschillende hoven en bij het volk, bij de een roept het gevoelens op en bij de ander wellicht een arbeidsritme, het begint allemaal met het luisteren naar de eigen stem.


Dit seizoen een aanpak als voorheen, per maand een onderwerp met bijbehorend visueel materiaal en een passende techniek.

September: Programmamuziek

In de 19e eeuw ontstonden, na de val van de grote rijken in Europa, de zelfstandige staten van nu. Een groeiende vaderlandsliefde nam ook bezit van de componisten zoals Grieg, Brahms, Smetana en Schubert. Hun symfoniën en liederen zijn een klankversie van het landschap en de grandeur van land en volk.

Materiaal: Papier 50x 32,5 cm, potlood, B t/m 6B, houtskool, conté en of Siberisch krijt.

Oktober: Flamenco

Sinds de dood van dictator Franco bloeide de Spaanse cultuur weer op. De lokale flamencomuziek bleek een sterke politieke tegenstand te vormen en daar hield hij niet zo van. Flamenco betekent: dynamiek, vooral dat aspect komt tot uiting in zang, dans en muziek.

Materiaal: Papier 32,5x25cm, pen, penselen, water en Oostindische inkt.

November: Haardracht en kleding in de popmuziek

Wanneer we foto’s tegenkomen uit onze eigen puberteit is de verbazing behoorlijk groot! “Zag ik er toen zo uit?” De invloed van de populaire muziek op kleding en uiterlijk is enorm groot, voorbeelden daarvan zijn zeer talrijk. Bij welke stroming je hoort kun je laten zien door haardracht, make-up en kleding.

Materiaal: Papier 32,5x 50cm, kleurpotlood, pastelkrijt.

December: De Smartlap

De smartlap was letterlijk een grote lap met illustraties, die het lied moest ondersteunen, een grote atractie op kermissen en volkfeesten. Wanneer het lied werd gebracht met de nodige lange uithalen was iedereen:”Tot tranen geroerd”.

Materiaal : Papier 32,5x50cm, collagemateriaal, lijm en schaar.

Januari: Opera

Je hoeft er niet van te houden, maar het was en is nog steeds een hit in de klassieke muziek. Ontstaan in Napels en uitgegroeid tot een populair genre door operette en musical. Kijk maar naar de opkomst bij de uitvoering van:”The Passion” een jaarlijkse tranentrekker waar duizenden op af komen. Veel attributen en immense,soms bewegende, decors. Kortom een totaalspektakel.

Materiaal: Vetkrijt, Walton lino, linogutsen, papier en drukinkt.

Februari : Ballet en moderne dans

Dansen doen we allemaal wel eens, een belangrijke uiting van mens en dier. Aan het begin van een groot evenement wordt er bij iedere bevolkingsgroep gedanst, uit een gevoel van vreugde of als voorbereiding op een conflict om de collectieve kracht een beetje op te vijzelen.

Materiaal: Gelplaten, perspex, acrylverf, kwasten, papier.

Maart: Mimiek

Iedereen die deelneemt aan een zangstuk, een toneelstuk of een andere theatervorm moet zich inleven in de persoon die hij of zij moeten vertolken. Een moeilijke opgave, die van iedere deelnemer een enorme inspanning vraagt. Mimiek is daar een belangrijk onderdeel van, tijdens de periode van de stomme film moest de miniek overduidelijk aanwezig zijn,opdat het publiek de emotie kon begrijpen. Voor ons is het allemaal een beetje overdreven, maar wel hilarisch.

Materiaal: Zink, kraspen, drukinkt, papier.

April : Samengestelde instrumenten

Snaarinstrumenten, blaas- en slaginstrumenten voeg daar het electronische arsenaal bij en je krijgt een overzicht van een behoorlijke hoeveelheid verschillende geluiden, die zeker in deze eeuw onze oren bereiken, soms om gek van te worden. Het begon met klappen, stampen en zingen. Uit deze verzameling kun je een nieuw instrument samenstellen.

Materiaal: potlood, collagematriaal, lijm, schaar, aluminiumfolie, drukinkt en papier.

Mei: Muzieknotatie en tekst als beeldend element

De enige druktechniek die we het vorig seizoen niet hebben toegepast is de zeefdruk. We gaan materiaal aanschaffen en voegen een nieuw hoofdstuk aan het grafische gebeuren toe.

Materiaal : Zeefdruksets. Dit zijn schoolsets die zijn samengesteld voor de middelbare school.

Juni: Zeefdruk 2

Materialen

  • Houtskool : is een zacht tekenmateriaal gemaakt van takjes die in een vacuümoven tot verkoling worden gebracht. Het geeft een grijze tot diepzwarte kleur. Met een veer of kneedgum kan het materiaal uitgeveegd worden. De tekeningen moeten gefixeerd worden met spuitfixeer of haarlak.
  • Siberisch krijt: koolstof met een bindmiddel verkrijgbaar in verschillende hardheden. Het is zwarter dan houtskool en ook minder makkelijk te verwijderen. Moet ook gefixeerd worden.
  • Conté : een krijtsoort in verschillende kleuren, grijstinten, roodbruin en omber. Verkrijgbaar in vierkante stiftten of in een potloodvorm.
  • Kneedgum: een kneedbaar kunststof gum om houtskool of krijtsoorten te verwijderen en de tekening op te lichten.
  • Pastelkrijt: pigmentpoeder met als bindmiddel Arabische gom een zeer delicaat materiaal . Het vergt enige tijd om het materiaal onder de knie te krijgen . In de 18e eeuw stond de pasteltekenkunst op een hoogtepunt, vooral in het vervaardigen van portretten.
  • Fixeer: een oplossing van schellak in spiritus, tegenwoordig in verschillende samenstelling te verkrijgen in spuitbussen. Dit medium wordt gebruikt voor het fixeren van houtskool, krijt en pasteltekeningen.
  • Oliekrijt: anders dan pastel is oliekrijt een vettig materiaal dat niet gefixeerd hoeft te worden. De tekeningen kunnen behoorlijk pittig zijn. Het is verkrijgbaar in verschillende hardheden.
  • Inktsoorten: het aanbod van inkten is groot, inkt op waterbasis en inkten op acrylbasis, deze lossen na droging niet meer op in water. Oostindische Inkt is de meest bekende soort. Voor het calligraferen kun je tegenwoordig ook inktblokken kopen van Chinese makelij. Voor het afdrukken van grafisch werk gebruiken we drukinkten op olie- en waterbasis.
  • Arabische gom: een in water oplosbare lijmsoort en bindmiddel dat al eeuwenlang gebruikt wordt. Verkrijgbaar in de hobbywinkel, maar ook zelf te maken met Xanthagom , een geleermiddel voor het maken van jams e.d.
  • Olieverf: pigmenten vermengd met lijnolie en was, wordt gebruikt sinds de Hoge Middeleeuwen. Het is nog steeds erg populair, maar het vergt nogal enige oefening om het naar behoren te gebruiken.
  • Acrylverf : temperaverf van de 20e eeuw. Tempera werd gemaakt met pigment en eierdooiers. Na droging was het niet meer oplosbaar in water. Voordat olieverf werd ontdekt gebruikten, met name de Italianen, Botticelli o.a., veel tempera. Tegenwoordig is het bindmiddel een kunststof op acrylaatbasis.
  • Gelly-plate: gelatineblaadjes of poeder, glycerine, kokend water en alcohol gebruik je om een plaat te vervaardigen waarmee je een monotype kunt maken. Een monotype is een eenmalige afdruk met acryl of drukinkt. In plaats van een gelplaat kun je ook een glasplaat gebruiken.
  • Gutsen: beiteltjes om lino- en of houtsneden te maken.
  • Verschillende materialen: bij het vervaardigen van een collografie plak je verschillende materialen op een ondergrond: schuurpapier, touw, plakband, textiel en andere materialen met een grove structuur.
  • Aluminiumfolie: voor het vervaardigen van een collografie.
  • Burijn: een vierkant stukje gehard staal met een speciaal handvat en een snijhoek van ongeveer 30 graden. Dit wordt gebruikt om in metalen te graveren. Als de snijhoek wordt aangepast is het ook uitstekend geschikt voor het graveren in kunststof.
  • Schraap- en bruneerstaal: een driehoekig stuk staal met scherpe snijranden om metaal te schrapen. Een bruneerstaal is een hoogglans gepolijst stuk staal waarmee je metaal kunt polijsten.
  • Kwartscoat ; muurverf vermengd met fijn zand, het heeft een korrelig oppervlak en is uitstekend geschikt om zwarte-kunstprenten te maken. De verf wordt uitgerold op een perspex plaatje en moet direct worden bewerkt met wat grove wasten of schrapers, zolang het nog nat is het makkelijk te hanteren, na droging kun je grof en fijn schuurpapier gebruiken. De afdruk geeft een wit/grijze voorstelling op een zwarte ondergrond.
  • Zeefdruksets, te koop tijdens de cursus.